Bevolkingsonderzoek kanker: positieve resultaten

30 okt 2015

Het Centrum voor kankeropsporing stelde gisteren samen met Vlaams minister van Welzijn en Volksgezondheid Jo Vandeurzen (CD&V) de meest recente cijfers van de bevolkingsonderzoeken naar borst-, baarmoederhalskanker- en dikkedarmkanker voor.

Het oudste bevolkingsonderzoek is zonder enige twijfel dat naar borstkanker. Dat bestaat ondertussen veertien jaar. In 2014 kregen 406.913 vrouwen een uitnodiging voor een screeningsmammografie. Bijna de helft (48%) ging hierop in. Telt men daar de vrouwen bij die buiten het bevolkingsonderzoek een screeningsmammografie krijgen of die uitgesloten zijn van deelname (bijvoorbeeld omdat ze in behandeling zijn), dan betekent dat 65%. ”Een goed resultaat, maar het kan nog beter”, zegt dr. Patrick Martens van het Centrum voor Kankeropsporing. Om het percentage verder op te krikken, wil Martens de huisarts inschakelen. Wanneer vrouwen door hun vertrouwde huisarts verzocht worden een onderzoek te ondergaan, dan zullen ze daar makkelijker op ingaan.

Wat de kwaliteit van de onderzoeken betreft, valt er niet te klagen. De resultaten vallen binnen de Europese aanbevelingen. “In vergelijking met vorige jaren worden minder vrouwen onterecht ongerust gemaakt, zonder dat er meer vrouwen na een niet-afwijkend resultaat binnen de twee jaar toch borstkanker krijgen.” In 2014 vond bij 42% van de vrouwen met een afwijkende mammografie binnen de week een vervolgonderzoek plaats en bij 94% binnen de maand.

Van recentere datum is het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Dat werd pas twee jaar geleden opgestart met als bedoeling vrouwen te bereiken die zich voordien niet of onregelmatig lieten onderzoeken. De vrouwen tussen 25 en 64 jaar krijgen om de drie jaar een uitnodiging. In 2014 was dat het geval voor 365.843 vrouwen. Van hen liet 11% binnen het jaar een uitstrijkje nemen. 61% van de doelgroep laat zich om de drie jaar onderzoeken. De hoogste deelname stelt men vast bij de vrouwen tussen 30 en 39 jaar (68%). Daarna daalt dat met de leeftijd om in de groep tussen 60 en 64 jaar te stranden op 46%. Het streefdoel is 65% tegen 2020.

Een derde screening is die van dikkedarmkanker, die in oktober 2013 van start ging. In 2014 kregen 657.887 mensen een brief met een stoelgangtest. 331.117 stuurden de test op en bij 8% werd een afwijkend resultaat vastgesteld (10% bij de mannen en 6% bij de vrouwen). Bij een afwijkende stoelgangtest wordt een volledige coloscopie aanbevolen. In 2013 gebeurde dat bij 78% van de mensen met een afwijkende stoelgangtest. Bij iets meer dan de helft van de mensen die een coloscopie lieten uitvoeren (53%), werden poliepen gevonden. Bij 8% kanker.


Lees het volledige jaarrapport op de website van het Agentschap Zorg & Gezondheid