Guy Defraigne, de nieuwe directeur van Domus Medica, heeft er ondertussen zijn eerste werkweken bij de huisartsenorganisatie opzitten. Nadat de Algemene Vergadering van 29 september zijn benoeming goedkeurde, ging hij op 1 oktober bij Domus Medica van start. 

Tot eind september was Guy Defraigne aan de slag als business development manager bij het farmaceutisch bedrijf Lundbeck. In die positie kwam hij vaak in contact met Domus Medica. Hij stond onder meer in voor de opvolging van het project rond intrafamiliaal geweld. 

De interesse van Guy Defraigne voor de huisartsenwereld is trouwens niet nieuw. Al van bij het begin van zijn carrière was hij geïnteresseerd in de werking van wat toen nog de Wetenschappelijke Vereniging van Vlaamse Huisartsen (WVVH), een van de pijlers van Domus Medica, was. “Huisartsen werken vaak alleen, waardoor hun gezamenlijke stem vaak onvoldoende gehoord wordt door de overheid. Hun belangen komen te weinig aan bod, zeker in vergelijking met andere beroepsgroepen in de gezondheidszorg. Dat motiveerde me om deze stap te zetten.”

De stap van een farmaceutisch bedrijf naar een huisartsenorganisatie lijkt misschien groot, maar is het volgens Guy Defraigne niet. De gelijkenissen zijn volgens de nieuwe directeur van Domus Medica frappant. “Bij een farmaceutisch bedrijf kan je iets doen aan de verbetering van de gezondheidszorg. Bij een huisartsenvereniging geldt dat nog veel meer: de huisarts kan zeer veel voor de gezondheidszorg betekenen omdat hij een van de weinigen is die ziet wat er bij de patiënt en in diens omgeving gebeurt. Het is prettig zich te kunnen engageren voor een organisatie die zich inzet voor de individuele huisarts en ondertussen projecten te kunnen uitwerken die huisarts en patiënt ten goede komen.”

Werk 

Wat Guy Defraigne tijdens zijn eerste weken als directeur opviel, was het vele werk dat er binnen Domus Medica verzet wordt. En dat zowel door het personeel als door huisartsen die bijvoorbeeld als vrijwilliger meewerken aan het uitwerken en uitschrijven van een richtlijn. Dat is echter veel te weinig geweten bij de huisartsen op het terrein. “Zij moeten beseffen dat Domus Medica heel wat voor hen kan betekenen. Wij reiken tools aan en verdedigen de beroepsgroep. Domus Medica is misschien niet de woordvoerder, maar wel de woordvertaler van de huisartsen.” 

Van woordvoerder en woordvertaler is het maar een kleine stap naar de syndicale werking van Domus Medica, in het verleden vaak een heikel punt. “Ik heb de indruk dat het syndicale aspect er vooral moet in bestaan duidelijk te maken waarvoor de huisarts staat, wat hij betekent in de maatschappij. Dat wordt vandaag nog te veel miskend. Daarom moet het beroep beter uitgetekend en omkaderd worden. Ik gebruik niet graag het woord syndicaat omdat een syndicaat in de eerste plaats voor zichzelf gaat, terwijl de huisartsen in de eerste plaats voor hun patiënt gaan.” De nieuwe directeur van Domus Medica pleit alvast voor overleg met de andere syndicaten. 

Wetenschap

Op wetenschappelijk vlak vindt Guy Defraigne het erg belangrijk dat Domus Medica zijn rol blijft spelen in het aanmaken van richtlijnen en aanbevelingen. “Als de huisarts vandaag zijn patiënten op een kwaliteitsvolle manier verzorgt, is dat mede door de aanbevelingen die Domus Medica heeft uitgewerkt.” Bij de keuze en de uitwerking van  aanbevelingen moet volgens Defraigne steeds voor ogen gehouden worden of de huisarts er voordeel bij heeft om de richtlijn toe te passen. De uiteindelijk ‘winnaar’ is dan de patiënt. “Wetenschap is altijd belangrijk geweest voor Domus Medica en dat moet zo blijven. We dienen kwaliteitsvolle richtlijnen uit te vaardigen, waarvan iedereen – ook de overheid – weet dat ze wetenschappelijk onderbouwd zijn.” Op die manier versterkt Domus Medica zijn positie als gesprekspartner van de overheid.