De Kamer debatteerde gisteren in plenaire zitting over de wet op de geestelijke gezondheidszorgberoepen. Belangrijkste aanpassing aan de wet is de opname van psychotherapie als een gespecialiseerde behandelvorm die in eerste instantie is voorbehouden aan klinisch psychologen, klinisch orthopedagogen en artsen die een bijkomende opleiding genoten.
Het statuut van de psychotherapie is al langer onderwerp van discussie. Met het debat in de plenaire vergadering van de Kamer van Volksvertegenwoordigers over wet op de geestelijke gezondheidszorgberoepen zou daar een einde moeten aan komen. Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block hecht veel belang aan de wet omdat ze de best mogelijke garantie biedt op veiligheid en kwaliteit van de psychotherapie. “Door psychotherapie als een gespecialiseerde behandelvorm in de wet op te nemen en te bepalen dat het in eerste instantie voorbehouden is aan klinisch psychologen, klinisch orthopedagogen en artsen die een bijkomende opleiding volgden, kunnen we controle uitoefenen op deze behandeling. Concreet betekent het bijvoorbeeld dat in geval van problemen, naast het gerecht, nu ook de gezondheidsinspectie tussenbeide kan komen en dat een wachtdienst moet georganiseerd worden voor patiënten in crisis.”
“De patiënten winnen over de hele lijn met deze nieuwe wet”, aldus de minister. “Wie psychotherapie verstrekt, is verplicht de wet op de patiëntenrechten te respecteren. Dit houdt onder meer in dat de patiënt kan nagaan of de zorgverstrekker verzekerd en gemachtigd is om het beroep uit te oefenen. De patiënt heeft recht op een goed bijgehouden patiëntendossier, heeft vrije keuze van de zorgverstrekker en heeft recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Bovendien heeft de aanbieder van psychotherapie een doorverwijsplicht wanneer dat medisch noodzakelijk is.” Stelt de gezondheidsinspectie vast dat iemand psychotherapie aanbiedt zonder bijkomende opleiding, dan kan die persoon geschorst worden of uitgesloten uit de gezondheidszorg. Voor een aantal beoefenaars van psychotherapie die niet over de vereiste diploma’s beschikt, voorziet de wet wel overgangsmaatregelen.