Gezondheidsgeletterdheid kan beter

Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) onderzoekt de actieplannen van diverse landen inzake gezondheidsgeletterdheid. Dat is nodig omdat 30 tot 45% van de Belgen een problematisch niveau van zorggeletterdheid zou hebben.

Gezondheidsgeletterdheid, ook wel gezondheidswijsheid of gezondheidsvaardigheden genoemd, is het vermogen van een persoon om informatie over gezondheid te begrijpen en te verwerken, zodat hij een passende keuze kan maken om zijn gezondheid en levenskwaliteit te behouden of te verbeteren. Onvoldoende gezondheidsgeletterdheid – soms gezondheidsanalfabetisme genoemd – gaat gepaard met meer chronische ziekten, minder preventie en uiteindelijk een lagere levenskwaliteit en kortere levensverwachting. 30 tot 45% van de Belgen zou een lage gezondheidsgeletterdheid hebben. Daarmee scoort ons land overigens net iets beter dan het Europese gemiddelde. Factoren die een bepalende rol spelen, zijn opleidingsniveau, socio-economische status en de culturele en sociale omgeving.

De laatste jaren wordt er met andere ogen gekeken naar gezondheidsgeletterdheid. Vroeger wilde men vooral het vermogen verbeteren van mensen om informatie over hun gezondheid te begrijpen en goed te gebruiken. Maar al gauw bleek dat ook de manier waarop gezondheidsinformatie wordt gegeven en hoe de gezondheidszorg wordt georganiseerd, een grote rol spelen. Hoe complexer het gezondheidssysteem, hoe moeilijker het is om er ‘vaardig’ mee om te gaan. Vandaag is men van mening dat zowel de gebruikers als de actoren van het gezondheidssysteem verantwoordelijk zijn voor gezondheidsgeletterdheid.

Meerdere landen lanceerden al een actieplan om de gezondheidsgeletterdheid van hun bevolking op te krikken. Het KCE kreeg de opdracht te bekijken wat er in zes andere landen op dit vlak gebeurt. In Australië, Oostenrijk, Portugal en Schotland stelden de overheden een actieplan op, in Nederland en Ierland gaat het om initiatieven vanuit de sector. Het onderzoek van het KCE maakt duidelijk dat er op drie niveaus acties mogelijk zijn.

  1. Het eerste niveau is dat van de individuele interactie tussen patiënt en zorgverstrekker. Hier is het belangrijk dat er betrouwbare, toegankelijke en kwaliteitsvolle informatie wordt overgedragen. Voorts moet worden aangezet tot preventie en zelfbeheer van de gezondheid. Zorgverstrekkers moeten zich bewust worden van de essentiële rol die ze te vervullen hebben.
  2. Het tweede niveau is gericht op organisaties als ziekenhuizen en ziekenfondsen. Ze moeten intern een cultuur ontwikkelen die gunstig is voor gezondheidsgeletterdheid. Het is aangeraden hierbij patiëntenorganisaties te betrekken.
  3. Het derde niveau is dat van de politiek. Hier moet een algemeen kader worden uitgetekend om de gezondheidsgeletterdheid te verbeteren. Dat kan via het onderwijs, maar ook in andere sectoren (werk, sport) kunnen initiatieven worden genomen. Bij de financiering of accreditering van zorgverstrekkers kan aandacht worden besteed aan gezondheidsgeletterdheid.

Filip Ceulemans