Vitamine A en D kunnen beter

Onderzoek van de Universiteit Gent en het federale onderzoekscentrum Sciensano toont dat de Belgische bevolking te weinig vitamine A en D binnenkrijgt via voeding.

Het merendeel van de Belgische bevolking haalt te weinig vitamine A uit voeding. Dit valt vooral op bij adolescenten (37%), zwangere vrouwen (32%) en vrouwen die borstvoeding geven (67%). Genoeg vitamine A innemen is belangrijk voor het zicht, de voortplanting, de embryonale ontwikkeling, de groei en de immuniteit. Een tekort aan vitamine A wordt best niet opgevangen door het slikken van supplementen. “De veiligheidsmarge tussen de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor vitamine A en de maximale toelaatbare inname is zeer klein. Je kan dus al snel te veel vitamine A binnenkrijgen. En dat is ook gevaarlijk voor de gezondheid. Vooral zwangere vrouwen moeten opletten met te veel vitamine A, omdat dat aanleiding kan geven tot aangeboren afwijkingen bij het kind”, luidt het bij Sciensano. De oplossing ligt wel in een gezonde en evenwichtige voeding.

Supplementen en een verrijkte voeding zijn dan weer wel aangewezen bij een tekort aan vitamine D. Het merendeel van de Belgische bevolking neemt echter te weinig vitamine D in via deze voedingsbronnen: slechts ongeveer een derde van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Supplementen met vitamine D zijn vooral belangrijk bij jonge kinderen voor wie directe blootstelling aan de zon wordt ontraden. Moedermelk bevat immers amper vitamine D. Ook zwangere vrouwen nemen best extra vitamine D in. Een tekort aan vitamine D tijdens de zwangerschap kan leiden tot een vertraging van de groei en skeletafwijkingen van het kind. “De Hoge Gezondheidsraad beveelt aan kinderen een vitamine-D-supplement aan van 10 microgram per dag. Toch zien we dat er op het terrein grote verschillen zijn in aanbevelingen voor vitamine-D-supplementen. Op nationaal niveau zou best een consensus bereikt worden om een teveel aan vitamine D te vermijden. Want ook dat kan slecht zijn voor de gezondheid”, besluit Sciensano.

Filip Ceulemans